Vraag 2/18

  1. Geef per reactie aan of deze wel of niet van toepassing is op jou.

    Je leidinggevende is niet tevreden over jouw werk en geeft je kritiek.

    Uw reactie:
    Je blijft rustig.
    Je begint te blozen.
    Je beheerst je.
    Je wordt onzeker.
    Je begint te stotteren.
    Je begint verlegen te lachen.